Ondernemers- en bedrijfsanalyse personenschade

Ondernemersprofiel van betrokkene o.b.v. de Athenos ondernemersanalyse

Algemeen
In de rapportage staan 2 grafieken die het ondernemersprofiel van betrokkene als ondernemer voor ongeval en nu, na ongeval weergeven. Hier vind je de toelichting op deze grafieken.

Manager
De manager is als geen ander in staat om op de onderneming te passen. Door zijn zoektocht naar zekerheden hecht hij groot belang aan regels en procedures. Gericht op de korte termijn houdt hij het overzicht in een anders chaotische situatie. Graag houdt hij de touwtjes in handen en streeft hij naar orde. Hij structureert het bedrijf tot een efficiënt opererende onderneming en voor de kleinste details wordt een planning opgesteld. Weinig wordt aan het toeval overgelaten. Hij structureert het werk tot een vlekkeloos verlopende organisatie, waar iedereen zijn taken en bevoegdheden kent. Hij heeft verantwoordelijkheidsgevoel. Hij accepteert dat de dingen gedaan moeten worden zoals ze altijd al gedaan worden, ook al strookt dat niet met zijn eigen idee.

Echter, wanneer veranderingen opdoemen, weet de manager zich geen raad omdat de regels opeens niet meer bruikbaar zijn.

Pionier
Een pionier denkt vooral in mogelijkheden. Hij leeft in de toekomt en heeft een langetermijnvisie. De pionier beschikt over veel verbeeldingskracht en ziet het geheel al voor zich terwijl anderen nog geen enkel idee hebben waar het naar toe zal moeten gaan. Een pionier denkt creatief, snel en buiten de gebaande paden. De pionier is optimistisch, enthousiast maar soms ook naïef. De pionier vraagt zich steeds af waarom de dingen gaan zoals ze gaan en waarom het niet anders kan.

Hij raakt snel verveeld door routine en heeft weinig aandacht voor details. De drijfveer voor een pionier is het krijgen van erkenning.

Vakman
De vakman is goed op de hoogte van alle ontwikkelingen in zijn vakgebied. Hij weet alle ins en outs van zijn vak. De vakman is individualistisch en realistisch ingesteld. Hij onderscheidt zich door de wens om de beste te zijn, in elk geval in zijn vakgebied. Hij stelt zich vaak kritisch op en moet eerst zelf overtuigd zijn dat iets werkt voordat hij het vertrouwt. Hij gaat er prat op het beter te weten of te kunnen. Het leveren van kwaliteit is voor de vakman topprioriteit.

Nadeel is dat hij een perfectionistische en soms ook autoritaire houding kan aannemen. Communiceren en omgaan met mensen gaan hem minder makkelijk af en daarmee is verkopen ook niet zijn sterkste kant.

Verkoper
De verkoper houdt van mensen en is gericht op het aangaan van relaties. Hij gaat vaak af op zijn gevoel. Hij begrijpt als geen ander de behoeften van de klant. Zijn grote drijfveer is acceptatie door de omgeving. Zolang de anderen het naar hun zin hebben, heeft hij dat ook. Verkoop van producten of diensten betekent aansluiting bij de behoeften van de klant. Hij functioneert goed in harmonische situaties. De verkoper wil graag wat voor anderen doen, want dat verhoogt de kans op acceptatie. Dat maakt dit type loyaal, flexibel en enthousiast.

Het komt voor dat anderen misbruik van hem maken. Conflicten gaat hij liever uit de weg en kritiek kan hij slecht verdragen; hij zal het zich persoonlijk aantrekken.

Grafiek denkstijlen
De mate waarin betrokkene voor ongeval en nu, na ongeval gebruik maakt(e) van de verschillende denkstijlen wordt weergegeven in deze grafiek.

  • Een lage score in dit gebied betekent dat betrokkene weinig gebruik maakt(e) van deze denkstijl.
  • Bij een gemiddelde score maakt(e) betrokkene weinig noch veel gebruik van deze denkstijl.
  • Een hoge score geeft aan dat betrokkene relatief veel gebruik maakt(e) van deze denkstijl. 

Competenties
Athenos adviesgroep onderscheidt 8 verschillende ondernemerscompetenties (vaardigheden, kwaliteiten, gedragskenmerken).

Elke ondernemer beschikt in meer of mindere mate over deze 8 competenties. In een ideale situatie beschikt een ondernemer, al naar gelang de situatie daarom vraagt, over de op dat moment benodigde competentie.

Marktgerichtheid
Marktgericht is zich inleven in de behoeftewereld van (potentiële) klanten en andere organisaties in de markt (omgeving) om van daaruit een koppeling te maken naar de eigen bedrijfsvoering.

Creativiteit
Creativiteit is het vermogen om te ‘’spelen’’ met gedachten en nieuwe mogelijkheden te zien en uit te proberen.

Coöperatief zijn
Coöperatief zijn, wat ondernemen betreft, kan worden gezien als een ondersteunende vaardigheid door het leveren van een bijdrage aan een gezamenlijk resultaat. Het gaat om het tijdig doorspelen van informatie die voor anderen van belang is, het in discussie met anderen op een constructieve wijze reageren op de ideeën en het rekening houden met de inbreng van anderen en daarbij gemakkelijk met hen tot een overeenkomst komen.

Betrouwbaarheid
Betrouwbaarheid is dat de ondernemer opkomt voor de belangen van anderen en respecteert dat mensen op verschillende manieren tegen zaken aan kunnen kijken. Betrouwbaar/loyaal- toegewijd kan worden gezien als een ondersteunende competentie voor ondernemers.

Planmatig kunnen werken
Planmatig kunnen werken houdt in dat je als ondernemer een planning kunt maken en de werkzaamheden voorbereidt. Daarbij analyseer je vooraf de risico’s. Organiseren wordt in de onderzoeksliteratuur gezien als een ondersteunende competentie.

Realistisch zijn
Realistisch zijn kenmerkt zich door een nuchtere en praktische instelling waarbij functioneel en doelgericht wordt gewerkt. Je hebt oog voor de mogelijkheden en beperkingen.

Zelfstandigheid
Je bent authentiek en blijft trouw aan jezelf. In alles wat je doet ben je jezelf en gedraag je jezelf zoals je bent. Een zelfstandige houding wordt in onderzoek niet als een van de essentiële competenties van ondernemerschap gezien maar heeft wel een grote ondersteunende waarde.

Doortastend zijn
Doortastend zijn is het kunnen doorpakken in verschillende situaties waarbij de ander in zijn waarde wordt gelaten.

Grafiek competenties
De mate waarin betrokkene beschikte over de verschillende competenties op datum ongeval wordt weergegeven in deze grafiek. Tevens wordt getoond in welke mate betrokkene nu, na ongeval nog beschikt over de 8 competenties.

De scores van betrokkene op de 8 competenties vormen tezamen 100%. De gemiddelde score is 12,5%. De binnencirkel in de grafiek geeft deze gemiddelde score weer.

  • Een uitkomst buiten de binnencirkel betekent dat betrokkene hoger dan gemiddeld scoorde of scoort op deze competentie.
  • Een uitkomst op de binnencirkel betekent dat betrokkene gemiddeld scoorde of scoort op deze competentie.
  • Een uitkomst binnen de binnencirkel betekent dat betrokkene lager dan gemiddeld scoorde of scoort op deze competentie.

Een hogere of een lagere score dan gemiddeld betekent niet automatisch dat betrokkene beter dan wel slechter scoort dan nodig is in de bedrijfssituatie van betrokkene. De uitkomsten moeten namelijk worden geïnterpreteerd op basis van de specifieke situatie van betrokkene.

Grafiek beleidsgebieden

  • Een lage score in dit gebied betekent dat het bedrijf van betrokkene waarschijnlijk een aantal aandachtspunten had op datum ongeval c.q. nu, na ongeval heeft;
  • Een gemiddelde score in dit gebied betekent dat het bedrijf van betrokkene hierop gemiddeld scoorde c.q. scoort;
  • Een hoge score in dit gebied betekent dat het bedrijf van betrokkene hierop voldoende tot hoog scoorde c.q. scoort; aan deze aspecten behoeft normaal gesproken geen extra aandacht te worden besteed.

Wanneer de scores nu, na ongeval afwijken van de scores op datum ongeval geven deze een indicatie van de invloed die het ongeval op de bedrijfsvoering kan hebben gehad, maar e.e.a. betekent niet per definitie dat deze afname het rechtstreekse gevolg is van het ongeval. Een verslechtering kan immers ook een gevolg zijn van een andere oorzaak, bijvoorbeeld een economische recessie, het op de markt komen van een nieuwe concurrent, etc.

Het bedrijf vanuit de invalshoek: Markt, Product/Dienst en Organisatie
De mate waarin het bedrijf van betrokkene aandacht aan deze onderdelen besteedde voor ongeval en nu, na ongeval wordt in onderstaande de grafiek weergegeven.

  • Een lage score in dit gebied betekent dat betrokkene relatief weinig gericht was / is op dit bedrijfskundige onderdeel;
  • Een gemiddelde score op dit gebeid betekent dat betrokkene weinig, noch veel gericht was/is op dit bedrijfskundige onderdeel;
  • Een hoge score in dit gebied betekent dat betrokkene relatief veel gericht was / is op dit bedrijfskundige onderdeel.

Wanneer de scores nu, na ongeval afwijken van de scores op datum ongeval geven deze een indicatie van de invloed die het ongeval op deze bedrijfskundige onderdelen kan hebben gehad, maar e.e.a. betekent niet per definitie dat deze afname het rechtstreekse gevolg is van het ongeval. Een verslechtering kan immers ook een gevolg zijn van een andere oorzaak, bijvoorbeeld een economische recessie, het op de markt komen van een nieuwe concurrent, etc.